Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd deze motor vanuit Duitsland naar Nederland (het Bildt) gesmokkeld. Aanvankelijk werd hij ingezet voor het aandrijven van een dorsmachine en later gebruikt om aardappelen te koelen. In 1974 leidde een ernstige brand tot de verwoesting van de boerderij waar de Deutz stond opgesteld, waarbij de motor zwaar beschadigd en geblakerd werd aangetroffen tussen de resten.
Jaren later kwam de motor in het bezit van 𝗠𝗲𝗶𝗷𝗲𝗿, 𝗱𝗶𝗲 𝗵𝗲𝗺 𝘃𝗼𝗹𝗹𝗲𝗱𝗶𝗴 𝗿𝗲𝘀𝘁𝗮𝘂𝗿𝗲𝗲𝗿𝗱𝗲. Nu is de motor een pronkstuk in het Meijer-Museum, waar hij af en toe nog zijn kracht demonstreert.
Met dank aan Sjoerd Meijer en Dirk van Tuinen. Het museum is op afspraak te bezoeken.